Arisaema

Arisaema triphyllum Picture Réginald Hulhoven

Arisaema is familie van de Araceae

Populaire naam: Jan op de Preekstoel en Cobralelie

Bloemkleur: purper, groen, wit  

Bloeiperiode: april - juli

Plantdiepte: 20 cm - Plantafstand: 25 cm - Planthoogte: 75 cm

Toepassingen: potterie, rand van houtige gewassen, beschaduwde oever van een beek of vijver, half beschaduwde border, groepsbeplantingen, gebruik in wilde tuinen of natuurtuinen

NAAM EN HERKOMST ARISAEMA

Er zijn bijna 200 van dit kruidachtige soort bekend die oorspronkelijk uit de gematigde en subtropische streken van alle continenten komen, behalve van Australië, Europa en Zuid-Amerika. Het belangrijkste verspreidingsgebied is van de westelijke Himalaya tot Zuidoost-Azië tot China en Japan. Een aantal soorten komt voor in Zuid-India, Zuidoost-Azië, Noordoost-Afrika en Noord-Amerika. De laatste jaren komen veel nieuwe soorten uit China. De naam A. komt uit het Grieks ‘aron'= arum of aronskelk en 'haima' = bloedrood dat slaat op de meestal rode bessen die in het najaar verschijnen. De Chinezen noemden het ‘tijgerpoot’ (huzhang) naar de uitwaaierende bladeren als een gespreide poot. Later werd de naam veranderd in tiannanxing: een verwijzing naar de sterachtige vorm van de bladeren en Tiannan, dat zuidelijke hemel betekent, de regio waar het kruid waarschijnlijk werd verzameld.

De bloemvorm doet van de zijkant denken aan een cobra, dus Cobralelie en/of aan een ouderwetse preekstoel met luifel, vandaar de naam Jan op de Preekstoel.

KLEUREN EN VORMEN ARISAEMA

In het voorjaar verschijnen er drie- of meertallige, deels meerkleurige bladeren. In het late voorjaar of in de vroege zomer ontwikkelen zich de bloeikolven, die door bizar gevormde, meestal gestreepte bloeischeden (schutbladeren/pseudo-bloemblad) zijn omhuld.

De bloemen bestaan uit een spadix en een spathe. De spadix is de kolf of aar en is de echte bloem met het vruchtlichaam. De spathe zit eromheen en vormt de karakteristieke kelk die uitloopt in een soort dakje boven de aar. Het schutblad is de preekstoel, de spadix is Jack en de spathe is de kap. De spadix heeft bij sommige soorten een lange uitloper: de spadix-sliert, een soort muizenstaart. De vrouwelijke bloemorganen zitten aan de voet van de spadix en de mannelijke organen erboven. De bloei kost de knol veel energie en om energie te besparen vormen jonge planten soms alleen mannelijke bloemen met stuifmeel. In de jaren erna, als de knollen groter en sterker zijn, kunnen ze alleen vrouwelijk organen of zowel mannelijke als vrouwelijk organen aanmaken.

Na de bloei sterven de bladeren vrij vlot af en ontwikkelen de meeste soorten een ondergronds, ronde tot langwerpige knol of een vlezige wortelstok die dient als opslagorgaan voor de planten.

Arisaema triphyllum

ARISAEMA KOPEN

Koop in het voorjaar (februari/maart) stevige, gezonde, grote knollen. Koop nooit knollen die zacht aanvoelen, beschimmeld zijn of rotte plekken hebben, met vlekken of groene uitlopers of verschrompeld zijn. Koop ook geen beschadigde knollen want deze zijn gevoelig voor schimmels. Grote knollen geven stevige lange stengels met grotere en/of meer bloemen. Meer kooptips.

ARISAEMA PLANTEN

Plant haar in humusrijke luchtige grond, die licht vochtig en goed waterdoorlatend is. Ze is een bosplant en houdt van een vochtige beschaduwde plek in de tuin. Verrijk de grond voor het planten met compost of bladeren. Zorg ervoor dat ze in de winter niet in te natte grond staat om verrotting te voorkomen. De plantdiepte van minimaal 20 centimeter helpt te beschermen tegen de kou. Dek de plant voor de winter af met een mulchlaag. Ze kan ook in een (diepe) pot geplant worden. Leg onderin een laagje scherven of grint om voor een goede afwatering te zorgen. Draag handschoenen tijdens het planten van de knollen, omdat het oxaalzuur huidirritatie en gevoelloosheid kan veroorzaken. Meer planttips.

ARISAEMA VERZORGEN

Vernieuw in het voorjaar de mulchlaag en laat daarbij de grond rond de stengels vrij. De zaailingen, als ze drie bladeren hebben, met 30-50 cm afstand uitdunnen of verplanten. Bij droogte royaal gieten. Voeg compost toe als de planten geen vruchten ontwikkelen. In schrale grond krijgen veel soorten alleen mannelijke bloemen. Voeg in het voorjaar kalk toe aan de grond.
Naaktslakken doen zich graag te goed aan de bladeren, in het bijzonder op koele, vochtige plaatsen. Haal de slakken in de schemering van de bladeren of zet een bierval neer. Meer verzorgingstips.

VERMEERDERING ARISAEMA

Meestal wordt ze vermeerderd via zaad. Maak de zaden na het oogsten schoon, omdat het pulp een kiemremmer bevat. Draag handschoenen want het oxaalzuur kan huidirritatie en gevoelloosheid veroorzaken. Na reiniging het zaad binnenshuis in potgrond opplanten. Bedek het zaad licht met potgrond. Ontkieming vindt meestal binnen 4-6 weken plaats en het zaad groeit 2-4 maanden door. Dan wordt het plantje geel en lijkt te sterven, de plant komt dan echter in haar rustperiode. Geef ongeveer 2 keer per maand water. Plant voor de winter in de grond. Na de winter gaan ze opnieuw spruiten. Het duurt 2-4 jaar voordat de plant gaat bloeien. Ze vermeerdert zich ook door zijknollen. Graaf in het najaar de oude planten op, verwijder de zijknollen en plant ze direct. Meer vermeerderingstips.

ARISAEMA CULINAIR

Arisaema wordt beschouwd als giftig doordat het calciumoxalaat- en oxalaatkristallen bevat. Het roosteren of koken van de knollen breekt de kristallen echter af en levert dan een eetbaar product op dat rijk is aan zetmeel. In China wordt A. erubescens en A. heterophyllum geteeld voor de kruidenmarkt. In Amerika aten de Indianen de grote en platte knollen nadat ze gekookt, gedroogd en vermalen waren omdat dan pas de schadelijke stoffen verdwenen waren. Dit was voornamelijk de A. triphyllum, ook wel bekend als de Indiaanse raap. Volgens de verhalen van de Meskwaki Indianen zouden ze de wortel van de plant vermengd hebben met vlees. Zij lieten dat achter zodat hun vijanden dat zouden vinden. In de smaak is het niet herkenbaar, maar vervolgens werd het hun voldoende pijnlijk en zelfs fataal.

Let op: gebruik alleen eetbare bloemen/bollen van gespecialiseerde leveranciers die eetbare bloemen/bollen telen.

ARISAEMA MEDISCH

Het rauwe kruid wordt in China toegepast voor huidziekten met infecties en zwelling, het verdrijven van slijm, Alzheimer, artritis, carpaal-tunnel syndroom, hoofdpijn en bronchitis.

Allesoverbloembollen kan geen enkele verantwoordelijkheid nemen voor eventuele nadelige effecten van het gebruik van planten. Vraag altijd advies aan een professional voordat u een plant medicinaal gebruikt.

ARISAEMA OP DE CATWALK EN HET TUINPALET

Omdat Arisaema een bosplant is, combineert ze mooi met andere bostuinplanen zoals bos Phlox, Japanse Iris, Remusatia en Hosta.

CULTIVARS ARISAEMA

De soorten met een * zijn te koop in Nederland.

Arisaema amurense robustum Picture Andre Ekkelboom, Kwekerij Kingfisher

Arisaema amurense: (uit het Amur gebied, China) is wijdverspreid in Azië, China en Korea. Ze vormt een trechtervormig schutblad, groen tot bruinpaars altijd met witte strepen. De bladeren zijn handvormig en donkergroen. Ze wordt 20-35cm hoog en is winterhard.

Arisaema asperatum: is een hoge plant met een drievoudig rood gevlekt blad en een lichtgeel schutblad. De naam is te danken aan de ruwe stengel.

Arisaema candidissimum Picture Op de Haar tuinen, Hoevelaken

Arisaema barnesii: is een middelgrote plant met gewoon groen blad verdeeld in 3 tot 7 blaadjes. Het schutblad is groen met brede witte strepen.

candidissimum*: kan 50 cm hoog worden, bloeit in juni/juli en heeft sterk geurende schutbladeren variërend in kleur, meestal wit, vaak roze met groen-wit en crème met groene strepen aan de buitenkant. De kelk is van binnen roze met witte strepen. Ze is winterhard en maakt snel broedknolletjes aan. Oorspronkelijk komt ze uit de eikenbossen van West-China, voornamelijk de regio’s Yunnan en Szechuan.

Arisaema ciliatum Picture John Jearrard

Arisaema ciliatum*:  heeft een lange smalle paarse kelk die wit groen gestreept is, wordt 70 cm hoog, bloeit in juni/juli en komt uit China. De spadix eindigt in een 10 tot 20 centimeter lange staart. Het blad bestaat vaak uit 12 lobben en is parasolvormig. Ze is winterhard en vormt snel grotere pollen omdat de knollen zijknolletjes maken die niet aan de hoofdknol zitten maar aan stolonen van 20 cm. Een stolon is een ondergrondse stengel.

Arisaema concinnum Picture courtesy of Plant Delights Nursery, Inc. plantsdelights.com

Arisaema concinnum: heeft groen met witte bloemen met een purper gestreepte smalle bloemkelk (variabel van kleur) met een draadvormige spadixsliert, rozige bladstengel en glanzend radiaal geplaatst blad. Ze wordt 40-70 cm hoog, bloeit in mei/juni en is winterhard.  Oorspronkelijk komt ze uit het Himalayagebied.

Arisaema consanguineum Picure John Jearrard

Arisaema consanguineum*: wordt ook wel drakenvuurkolf genoemd, kan 70 – 100 cm hoog worden en bloeit in mei/juni. Ze heeft smal palmachtig blad met lange draadvormige uitlopers. De Aronskelk-achtige bloemen hebben veel variatie, vaak zijn ze bruin met wit gestreept en een lange spadixsliert. In de herfst verschijnen oranjerode bessen. Ze is winterhard. Oorspronkelijk komt ze uit de berggebieden in Noord-India, Nepal, Bhutan, Burma, Thailand, Laos en China.

Arisaema costatum Picture Op de Haar tuinen, Hoevelaken

Arisaema costatum: wordt 40 cm hoog, is winterhard en komt oorspronkelijk uit Nepal en Tibet. Ze heeft een crème wit gestreepte bloemkelk met een zeer lange draadvormige spadixsliert, een paarsrode stengel, zeer groot drietallig blad met rode midden nerven en opvallende nerven aan onderzijde en een rode zaadkolf.

Arisaema dracontium: (draakachtig) heeft een groene bloeischede, wordt 30-60 cm hoog, in bloei 100 cm en komt oorspronkelijk uit vochtige wouden van Noord-Amerika, van Québec tot Minnesota en van Florida tot Texas. Ze is beschreven in 1759 en is winterhard. Na de bloei verschijnen er bessen in een zuilvorm, die later oranjerood kleuren.

Arisaema elephas Picture Oron Peri

Arisaema elephas: heeft bladeren die 90 cm groot kunnen worden en die gelijk verschijnen met de variabele, donkergekleurde spaden groen en mahoniebruin gestreept. Uit het midden van de spathe komt een donkere, verdikte en zeer abrupt gehoekte spadix tevoorschijn die eruitziet als een olifant die zijn slurf optilt. Ze is winterhard.

Arisaema erubescens: wordt 80 cm hoog en komt uit Nepal. Het schutblad is roze met witte strepen, sommige exemplaren met groen schutblad hebben roze strepen en zijn roodachtig aan de onderkant. Ze is winterhard.

Arisaema fargesii Picture Op de Haar tuinen, Hoevelaken

Arisaema exappendiculatum: wordt tot 1,2 m hoog, en bloeit in groen of paars. De spathe heeft geen zichtbaar spadix-aanhangsel, hieraan dankt de soort haar naam. Ze produceert stolons die tot 50 cm reiken en is winterhard.

Arisaema fargesii*: heeft een wit gestreepte sterk gebogen kelk met lange draadvormige spadixsliert en zeer groot drietallig blad. De spadix in het midden is diep paarsbruin. Ze komt uit China, wordt 90 cm hoog, bloeit in april/juni en is winterhard.

Arisaema flavum Picture John Lonsdale, Edgewood Gardens

Arisaema flavum*: wordt 30-50 cm hoog, bloeit in juni/juli en is winterhard. De kleine kelk heeft een wit gestreepte buitenzijde en een purperen keel en geurt zoet. Het blad ins glanzend donkergroen. Oorspronkelijk komt ze uit het Himalayagebied.

Arisaema franchetianum*: heeft groot drie-lobbig blad, een grote gestreepte kelk en een draadvormige spadixsliert. Ze wordt 45 cm hoog, bloeit in mei/juni, is winterhard en komt oorspronkelijk uit China.

Arisaema galeatum Picture Op de Haar tuinen, Hoevelaken

Arisaema fraternum: wordt 25-40 cm hoog en is winterhard. Het schutblad is strogeel met een doorschijnend uiterlijk en een dunne paarse rand. Ze vermeerdert via stolonen.

Arisaema galeatum: is groen tot bruinpaars met witachtige aderen en paars van binnen en heeft een teruggeslagen helmachtige schutblad. Oorspronkelijk komt ze uit de hoge bossen van het Sino-Himalaya-gebied, wordt 100-120 cm hoog en is winterhard.

Arisaema griffithi Picture Op de Haar tuinen, Hoevelaken

Arisaema griffithii*: bloeit in mei/juni, wordt 40 - 60 cm hoog en is winterhard mits de knol diep genoeg is geplant en er voldoende drainage is. Boven de groen of paars gestreepte bloeischeden verschijnen ‘luifels’ van grote bladeren. De spathe is kastanjebruin en groen gestreept en heeft een lange draadvormige spadixsliert. Het dakje is helemaal opgerold. Het blad is groot en breed en zorgt voor extra beschutting. Oorspronkelijk komt ze uit het zuiden van de Himalaya in India, Nepal en Bhutan.

Arisaema intermedium Picture John Jearrard

Arisaema heterophyllum: bloeit halverwege juni, wordt in korte tijd tot 150 cm hoog en is winterhard.

Arisaema intermedium: de kelk is lichtgroen, zeer licht (of helemaal niet) gemarkeerd met bruin aan de buitenkant en dunne witte lijnen aan de binnenkant. De spadix is ​​lang, ze is winterhard en komt oorspronkelijk uit de Himalaya.

Arisaema jacquemontii Picture John Jearrard

Arisaema iyoanum: is inheems in vochtige bossen op de Japanse eilanden Shikoku en Honshu. De een of twee bladeren zijn verdeeld in 9-17 blaadjes. De kleur is variabel en ze wordt tot 120 cm hoog.

Arisaema jacquemontii: is inheems van Afghanistan tot Tibet, wordt 70 cm hoog en is winterhard. Ze is heldergroen met witte strepen, de kap buigt omhoog in plaats van omlaag en eindigt in een lange spadixsliert in paarszwarte of groen.

Arisaema kiushianum Picture John Lonsdale, Edgewood Gardens

Arisaema kishidae: heeft doorschijnende koperachtige bruine spathes, geaderde witachtig, van buitenaf zwartbruin gekleurd. De bloemen verschijnen voor de bladeren die donker, bijna zwart zijn bij het opkomen en later groen, zilverachtig geaderd.

Arisaema kiushianum: wordt 30 cm hoog en heeft kleine gestreepte "bloemen” met een veelkleurig schutblad, een beetje kap en een spadix aanhangsel dat omhoog steekt uit het schutblad. Ze bloeit in de vroege zomer, komt uit Japan en is winterhard.

Arisaema nepenthoides Picture Op de Haar tuinen, Hoevelaken

Arisaema macrospathum: is winterhard en komt oorspronkelijk uit gematigde eiken- en dennen-eikenbossen in Mexico. Ze bloeit in april/mei voordat de bladeren verschijnen. Ze heeft een lange spadixsliert. Lokaal wordt ze "cola de caballo" genoemd, dat "paardenstaart" betekent.

Arisaema nepenthoides*: de groen gestreepte kelk verschijnt eerder dan het blad in april/juni en de stengels zijn gevlekt. Ze wordt 100 cm hoog en is goed winterhard, maar ze loopt vroeg uit, dus let op late nachtvorst. Oorspronkelijk komt ze uit het Himalayagebied.

Arisaema ringens Picture Ron Parsons

Arisaema ringens*: (grijnzend, gapend, de bloem) wordt ook wel de gehelmde aronskelk genoemd. De bloeikolf is ofwel groen met witte strepen ofwel paars met witte strepen. Ze bloeit in april/mei, wordt tot 100 cm hoog en is winterhard. Ze is in 1800 beschreven en komt oorspronkelijk uit het oosten van Azië o.a. in Taiwan, Japan en Oost-China. Buiten deze gebieden vormt ze zelden zaad, waarschijnlijk omdat de bestuivers, paddenstoelmugjes, ontbreken.

Arisaema serratum var mayebarae Picture I, KENPEI CC BY-SA 3.0

Arisaema sazensoo: heeft een groenachtige of roodgekleurde, 50 cm lange stengel met een paar tegenovergestelde, diepgroene bladeren, elk onderverdeeld in 5 blaadjes. De bladeren verschijnen gelijk met de bloemschede die diep, paarsbruin is. De spadix is ​​ wit. Ze komt oorspronkelijk uit de Kirishima bergen van Kyushu Japan.

Arisaema saxatile: een middelgrote plant uit Sichuan en Yunnan (W. China). Ze houdt van droge omstandigheden. Het schutblad is wit en de spadix verandert van wit naar groen.

Arisaema sikkokianum Picture www.fleurs-des-montagnes.net

Arisaema serratum: is diep violet en groen, met gevlekte stengels met twee bladeren en een grote spathe van groen tot violet, bedekt met paars aan de buitenkant en vaak gestreept met wit aan de binnenkant, de strepen lopen soms door naar de buitenkant van de buis. De korte spadix is ​​diep donkerpaars (zelden wit). Oorspronkelijk komt ze uit Korea, Rusland en de Japanse eilanden en is winterhard.

Arisaema sikokianum*: (van het eiland Shikoku in Japan) wordt 60 cm hoog, bloeit in april/juni en is winterhard. De schutbladeren hebben aan de buitenkant een donkere, purperen kleur met witte nerven, aan de binnenkant zijn ze wit.

Arisaema speciosum Picture Op de Haar tuinen, Hoevelaken

Arisaema speciosum*: is inheems in de Himalaya, Tibet en Nepal, bloeit in mei/juni en wordt 60 cm hoog. Ze heeft een bontgekleurde bloeischede van ongeveer 15 cm die aan de buitenkant purperviolet is met witte strepen en aan de binnenkant lichter violet. De bloemkolf is groen met purperviolet. Ze is matig winterhard, dus dieper planten of goed afdekken of opgraven.

Arisaema taiwanense: het somber getinte schutblad staat wijd open en lijkt meer op een Dracunculus dan op een Arisaema.

Arisaema thunbergii Picture Op de Haar tuinen, Hoevelaken

Arisaema thunbergii: komt uit Zuidwest-Japan en Korea, kan 50-60 cm hoog worden en is winterhard. De spadix is ​​wit met donkerpaars eindigend in een staart van 20/30 cm lang.

Arisaema tortuosum*: komt uit de Himalaya en is winterhard. De stengel is gevlekt en draagt 2 tot 3 grote bladeren. De kelk is paars-groen van buiten en groen-wit gestreept van binnen. De kolf heeft een lange opgaande S-vormige staart. Ze bloeit in april/juli, wordt 100 cm hoog en is winterhard.

Arisaema triphyllum Picture Réginald Hulhoven

Arisaema triphyllum: (driebladig) wordt 20-40 cm hoog, bloeit in april/mei en is winterhard. De schutbladeren zijn purper-bruin met lichte strepen. Oorspronkelijk komt ze uit het oostelijk deel van de Verenigde Staten en is in 1664 beschreven. Na de bloei ontstaan er kleine besjes die eerst groen zijn maar naar rood verkleuren. De indianen van Noord-Amerika gebruikten de wortel als medicijn en voedsel. De verse wortel werd gebruikt bij heesheid en ontstekingen van de luchtwegen. Dit was echter niet zonder risico, de verse wortel bevat namelijk naaldachtige calciumoxalaat kristallen die pijnlijke irritatie van de mond en keel veroorzaken. Ook bij aanraking kan de verse wortel al blaren op de huid veroorzaken. Alleen gedroogd en tot meel vermalen kan de wortel als voedsel worden gebruikt.

Arisaema taiwanica Picture Ron Parsons

Arisaema utile*: de bloemkelk is donkerpaars met witte strepen en de spadix heeft een 15 centimeter lange sliert. Ze is te herkennen aan het fluweelachtige schutblad van de bloem. Het blad is groot en drielobbig. Ze wordt 30 cm hoog, bloeit in mei en komt uit India, Himalaya-gebied, Nepal en West-China.

Arisaema wilsonii: de bloeiwijze is gestreept wit/ paars.

Arisaema fargesii Picture Ron Parsons
Arisaema triphylla Picture Ron Parsons

Meer soorten: A. abei, A. aequinoctiale, A. agasthyanum, A. album, A. angustatum, A. anomalum, A. aprile, A. aridum, A. auriculatum, A. austroyunnanense, A. averyanovii, A. balansae, A. bannaense, A. barbatum, A. bockii, A. bonatianum, A. bottae, A. brinchangense, A. brucei, A. calcareum, A. caudatum, A. chauvanminhii, A. chuanxiense, A. chumponense, A. clavatum, A. claviforme, A. condaoense, A. constrictum, A. cordatum, A. cucullatum, A. dahaiense, A. decipiens, A. dracontium, A. echinatum, A. echinoides, A. ehimense, A. enneaphyllum, A. filiforme, A. fimbriatum, A. formosanum, A. garrettii, A. ghaticum, A. gracilentum, A. grapsospadix, A. guangxiense, A. hainanense, A. handelii, A. heterocephalum, A. honbaense, A. hunanense, A. ilanense, A. inaense, A. inclusum, A. ishizuchiense, A. japonicum, A. jethompsonii, A. jingdongense, A. kawashimae, A. kerrii, A. kuratae, A. lackneri, A. laminatum, A. langbiangense, A. leschenaultii, A. lichiangense, A. lidaense, A. lihengianum, A. limbatum, A. linearifolium, A. lingyunense, A. lobatum, A. longipedunculatum, A. lushuiense, A. madhuanum, A. maekawae, A. mairei, A. maximowiczii, A. maxwellii, A. mayebarae, A. meleagris, A. menglaense, A. microspadix, A. mildbraedii, A. minamitanii, A. minus, A. monophyllum, A. mooneyanum, A. muratae, A. muricaudatum, A. murrayi, A. nagiense, A. nambae, A. negishii, A. nikoense, A. nilamburense, A. nonghinense, A. odoratum, A. ogatae, A. ornatum, A. ovale, A. pachystachyum, A. pallidum, A. parisifolia, A. parvum, A. pattaniense, A. penicillatum, A. petelotii, A. petiolulatum, A. pianmaense, A. pierreanum, A. pingbianense, A. polyphyllum, A. prazeri, A. propinquum, A. psittacus, A. quinatum, A. quinquelobatum, A. ramulosum, A. rostratum, A. roxburghii, A. rubrirhizomatum, A. ruwenzoricum, A. sachalinense, A. saddlepeakense, A. sarracenioides, A. saxatile, A. schimperianum, A. scortechinii, A. seppikoense, A. setosum, A. siamicum, A. siangense, A. silvestrii, A. sinii, A. sizemoreae, A. smitinandii, A. somalense, A. souliei, A. sukotaiense, A. taiwanense, A. tashiroi, A. tengtsungense, A. ternatipartitum, A. tosaense, A. translucens, A. tsangpoense, A. tuberculatum, A. ulugurense, A. umbrinum, A. undulatifolium, A. vexillatum, A. victoriae, A. wangmoense, A. wardii, A. wattii, A. wrayi, A. xuanweiense, A. yamatense, A. yanxianum, A. yunnanense, A. zhui.