Dracunculus

Dranunculus vulgaris Picture János Ágoston

Dracunculus is familie van de araceae

Populaire naam: Voodoolelie, Slangenkruid, Draketonglelie, Drakenwortel, Draken aronskelk

Bloeiperiode: juni – juli  Bloemkleur: bruinpaars  

Plantdiepte: 15 cm - Plantafstand: 15 cm - Planthoogte: 60 - 100 cm

Toepassingen: beschut bos, onder bomen en struiken/heesters, langs zonnige muur, potterie 

NAAM EN HERKOMST DRACUNCULUS

Er zijn slechts 2 soorten erkend, de vulgaris uit het Middellandse Zeegebied en de canariensis die alleen voorkomt op de Canarische eilanden. In het Latijn betekent ‘draco’ draak of slang, in het Grieks slangachtig, een verwijzing naar de hoektandvormige spadix en giftige wortel van de plant. Door de handel wordt ze vaak verkocht als Arum dracunculus, de oude naam van Linnaeus. Er is echter verschil in de plaatsing van de zaden en in de bladeren, die van Arum zijn altijd pijlvormig.

De bladen en bloemen worden wel afgebeeld op ornamenten en in de beeldhouwkunst.

Dracunculus is een geslacht uit de orde Camallanida (of Spirurida) van rondwormen (Nematoda).

Nauw verwant aan de Dracunculus is Helicodiceros muscivorus, ook wel harige Arum of Vliegenvanger genoemd. In het verleden werden ze tot 1 groep gerekend. Ze groeit alleen op Corsica, Sardinië en de Balearen. Ze wordt 50 cm hoog is beschreven in 1777. Helicodiceros komt van het Griekse heliktos, gekromd of gedraaid en diceros, twee hoornig. Ook de Helicodiceros heeft een vieze geur die bromvliegen aantrekt die zorgen voor de bestuiving. Ze verschilt van Dracunculus door de vorm van het blad. 

KLEUREN EN VORMEN DRACUNCULUS

Eerst verschijnen de draak-vingerige bladen en begin juni volgt de bloemkelk. De bloeiwijze is een lang, zwart gekleurd aanhangsel, spadix genaamd, ingesloten in een groot dieppaars gekleurd schutblad, bekend als een spathe. De eigenlijke bloemen zijn verborgen in het schutblad. Tijdens de bloei verspreidt ze een dag of 2-3 een zeer onaangename geur waardoor ze aasvliegen en kevertjes aantrekt. Die zorgen voor de bestuiving van de plant. Na de bloei in juni-juli gaat de plant in rust en in de nazomer verschijnt een tros feloranje bessen. Het duurt 2 à 3 jaar voordat ze voor een eerste keer bloeit.

DRACUNCULUS KOPEN

Koop in het najaar stevige, gezonde, grote knollen. Koop nooit knollen die zacht aanvoelen, beschimmeld zijn of rotte plekken hebben, met vlekken of groene uitlopers of verschrompeld zijn. Koop ook geen beschadigde knollen want deze zijn gevoelig voor schimmels. Grote knollen geven stevige lange stengels met grotere en/of meer bloemen. Meer kooptips.

DRACUNCULUS PLANTEN

Plant haar in het najaar op een plek in de zon of halfschaduw in voedselrijke, goed doorlatende, iets vochtige, grond met een neutrale pH. Bescherm haar tegen de wind. Ze is redelijk winterhard, maar dek haar toch af in de winter. Ze kan ook prima in een pot geplant worden, maar zet deze tijdens de winter binnen op een koele plek. Meer planttips.

VERZORGING DRACUNCULUS

Geef goed water na het planten met warm water. Hou tijdens het groeiseizoen de grond vochtig met warm water. Let op dat de grond niet te drassig wordt, dan kan de knol gaan rotten. Bemest in de lente en zomer elke 2 weken. Stop met bemesten zodra het blad verwelkt. Geef zoveel water om te voorkomen dat de grond rond de knol niet uithardt. Het duurt 2 à 3 jaar voordat ze bloeit. Ze is winterhard, maar dek haar toch af in de winter. Opgraven wordt afgeraden omdat herplanting de bloei ontmoedigt. Meer verzorgingstips.

VERMEERDERING DRACUNCULUS

Ze vermeerdert door zaad of broedknollen. Voor het zaaien de zaden weken in water en het vruchtvlees verwijderen. Zaaien in maart of april. Zodra ze gekiemd zijn in voedzame potgrond planten of direct in de tuin. De broedknollen kunnen in het najaar worden verwijderd en direct opnieuw geplant.

Bestuiving vindt plaats door de geur van "rottend materiaal" waardoor vliegen en motten worden aangetrokken. Ze worden bedwelmd door de uit de kelk opstijgende warmte, die wel 10-20 graden hoger is dan de buitentemperatuur. De vliegen en motten vallen omlaag en door een krans van naar beneden gerichte haren kunnen ze niet meer ontsnappen. Pas als de bloem bestoven is, verslappen de haren en kunnen ze ontsnappen. Boven in de kolf zitten de mannelijke delen, waar ze tegenaan klimmen en zo weer stuifmeel meenemen naar de volgende plant. Het proces dat delen van de plant een verschillende temperatuur kunnen hebben, heet thermogeen. Dit was in 1778 al bekend. Meer vermeerderingstips.

DRACUNCULUS OP DE CATWALK IN HET TUINPALET

In de tuin combineert ze mooi met Allium atropurpureum, Allium sphaerocephalon, Zantedeschia aethiopica, Polystichum herrenhausen, Camassia en Lugularia.

DRACUNCULUS GEBRUIK

Zo was het gebruik vroeger:

  • De wortel zuivert het gehele ingewand en maakt vooral alle dikke grove taaie vochtigheden dun en is een zeer geschikt om alle weerspannige en slecht geneesbare zeren te genezen;
  • De bladeren zijn zeer geschikt om alle verse wonden en zeren te genezen en hoe die verser en minder dor of verdroogd zijn hoe ze beter zijn om de wonden toe te helen en te sluiten;
  • de bladeren of de wortels tussen de vingers gewreven zullen niet van de adderslangen gebeten of gestoken worden;
  • wie deze bladeren of wortelen of het ganse kruid bij zich draagt van geen adders of slangen gestoken zal worden;
  • verse kaas in de bladeren winden of mee bedekken neemt alle overvloedige vochtigheid er van weg en die beletten te verrotten of te bederven omdat ze zo droog van aard en vorm zijn;
  • Dit kruid is in al zijn delen zeer scherp en heet van smaak, niettemin wordt de wortel ervan rauw of gekookt van de gezonde mensen gebruikt in plaats van moes en zelfs in de eilanden van Minorca en Majorca brengt men die wortels ter tafel op grote maaltijden in plaats van taarten of vlaaien, te weten als ze met veel honing gekookt zijn;
  • De wortels met wijn ingenomen laten water maken en verwekt tot bijslapen en dient ook om de dode vrucht af te jagen;
  • De vruchten (samen met de zaden) en knollen van de plant worden in Turkije gebruikt om respectievelijk aambeien en reuma te behandelen.

CULTIVARS DRACUNCULUS

Soorten met een* zijn te koop in Nederland.

Dracunculus vulgaris

Dracunculus canariensisgroeit alleen op de Canarische eilanden en Madeira, soms in wit.

Dracunculus vulgaris*: (betekent vulgair of gewoon) ze groeit van Zuid-Centraal-Europa tot West- en Zuidwest-Turkije en Noordoost-Algerije. Ze heeft slangachtig, donker gevlekte stengels en voet- of handvormige bladeren. De spathe is donker roodpaars met een zwartachtig paarse kolf, maar op een paar locaties op het eiland Kreta, Griekenland, is het mogelijk om een grote kleurvariatie te vinden. De vruchten zijn oranjerode bessen. Ze komt uit Zuid-Europa tot Bulgarije, is in 1548 beschreven en wordt 60-100 cm hoog.