Narcis

Narcissus

Narcis is familie van de Amaryllidaceae  

Bloeiperiode: februari – mei - Bloemkleur: wit, geel, oranje, roze en meerkleurig

Plantdiepte: 10 - 12 cm - Plantafstand: 10 - 15 cm - Planthoogte: 10 - 60 cm 

Toepassingen: ideaal voor vele toepassingen; het veld, bloembedden, plantenbakken en potten, rotstuinen en voor gebruik in huis.

NAAM EN HERKOMST NARCIS

Het geslacht ontstond in de Late Oligoceen tot vroege Mioceen tijdperken, op het Iberisch schiereiland en aangrenzende gebieden in Zuidwest-Europa. In Egyptische graven zijn afbeeldingen van narcissen gevonden en ze worden genoemd in de werken van Homerus en Socrates. Nu komt de narcis in heel veel gebieden voor. In het Perzisch heette ze nargis en de Grieken legden het verband met NápKtaaoç - narko wat verdoving betekent, omdat zelfs de minst riekende bloemen toch slaperigheid veroorzaken.  Door hen werd ze Narkissos genoemd. Volgens anderen van naptoo = grijpen, omdat de bloemstengel met de bloem een hoek maakt en zij samen een haak vormen waarmee iets kan worden gegrepen. In figuurlijke zin zou de bloem kunnen betoveren hetgeen overeenkomst met de legende uit de mythologie over Narcissus. De Narcis is de nationale plant van Wales en wordt daar 'Cenhinen Pedr' genoemd. In de bijbel wordt verwezen naar de narcis in Jesaja 35: 1 "De woestijn en het dorre land zullen zich verblijden, de steppe zal juichen en bloeien als een narcis, zij zal welig bloeien". In het Romeinse rijk werd de narcis al gebruikt en werd ze afgebeeld op de muren van Pompeï. Op de eerste zondag in april was/is het in het Verenigd Koninkrijk 'daffodil Sunday'. Mensen plukken narcissen om weg te geven aan Londense ziekenhuizen.

Meer dan 700 jaar geleden kwam de narcis via China ook terecht in Japan. Daar wordt ze vaak geplant bij tempels, waarvan de Zuisen-Ji tempel (Narcissen tempel) in Kamakura de beroemdste is.

Narcisbollen zijn giftig en worden door knaagdieren gemeden. Je kunt er andere bolgewassen mee beschermen door ze er omheen te planten.

Clusius verzamelde in 1565 tijdens zijn Spaanse reis narcissoorten. Hij haalde de tazette uit Gibraltar en de jonquille uit Cádiz en Sevilla. Hij ontvangt in 1599 uit Frankrijk de Spaanse triandus en in 1614 bloeit in de Leidse apothekerstuin een zeldzaamheid uit Turkije, Narcissus poeticus. Qua productie is het Verenigd Koninkrijk wereldleider, dan Nederland en de Verenigde Staten als resp. tweede en derde. De teelt in het Verenigd Koninkrijk is gestart tussen 1835 en 1855 en in Nederland aan het einde van de 19e eeuw. Het aantal cultivars is ongeveer 18.000 waarvan er zo'n 500 geteeld worden. Er zijn wel 85 verschillende soorten en ruim 10.000 verschillende rassen. Daaronder zijn één- en tweekleurige en gevuld bloemige rassen. De soorten die momenteel geteeld worden, zijn voornamelijk hybriden. Of een narcis van wilde of gecultiveerde oorsprong is, zodra een selectie door een cultivarnaam is onderscheiden, moet zij in een van de volgende divisies worden ingedeeld. Narcissen die alleen door botanische namen worden onderscheiden, worden in divisie 13 ingedeeld.

1. Trompet: 1 bloem per steel. De trompet (corona) is even lang of langer dan de bloemblaadjes. Deze bekendste van alle narcissen vallen op door de forse, trompetvormige kronen.

2. Groot-kronig: 1 bloem per steel. De trompet is meer dan een derde maar minder dan of gelijk aan de lengte van de bloemblaadjes. Deze bloemen lijken op trompetnarcissen. Het verschil zit in de kroon die, zoals de naam aangeeft, langer is.

3. Klein-kronig: 1 bloem per steel. De trompet is niet langer dan een derde van de lengte van de bloemblaadjes. Deze bloemen lijken op trompetnarcissen.  Het verschil zit in de kroon die, zoals de naam aangeeft, korter is.

4. Dubbel: 1 of meer bloemen per steel. Verdubbeling van bloemblaadjes of een dubbele trompet of beide.

5. Triandrus: 2 of meer bloemen per steel. Bloemblaadjes sterk teruggebogen.

6. Cyclamineus: 1 bloem per steel. Bloemblaadjes sterk teruggebogen. Bloem ten opzichte van de steel in een hoek naar de grond gebogen.

7. Jonquilla en apodenthus: 1 tot 5 bloemen per steel. De trompet is kom-, trechtervormig of wijd uitlopend, meestal wijder dan lang. Ze bloeien met trossen kleine, vaak heerlijk geurende bloemen, die op wilde narcissen lijken. De bloemblaadjes zijn gespreid of teruggebogen.

8. Tazetta: 3 tot 20 bloemen per (stevige) steel. Bloemblaadjes uitgespreid maar niet teruggebogen. Vaak geurend. Iedere stengel kan talrijke bloemen dragen, tot twintig stuks.

9. Poeticus: meestal 1 bloem per steel. Bloemblaadjes zuiver wit. Trompet zeer kort of schijfvormig niet langer dan een vijfde van de lengte van de bloemblaadjes, vaak geel met groen hart en rode rand. Ze komt echter ook voor in geheel of gedeeltelijk andere kleuren. Meestal geurend. De sterk geurende bloemen hebben witte bloemblaadjes.

10. Bulbocodium hybriden: meestal 1 bloem per steel. Bloemblaadjes klein in vergelijking met de grote kroon.

11. Spleet-kronig, onderverdeeld in twee groepen:

     a: Kraag-Narcis; de trompet ligt opengeslagen over de bloemblaadjes tegenover de bloemblaadjes. Meestal in 2 groepen van 3.

     b: Vlinder-Narcis; de trompet ligt opengeslagen maar ietwat gedraaid over de bloemblaadjes. 6 stuks afwisselend met bloemblaadjes.

12. Overig: soorten die niet in een van de andere groepen vallen. Het gaat dan meestal om hybriden.

13. Wilde narcissen: er bestaan talrijke, bijzonder mooie soorten, van groot tot klein.

14. Miniatuur: volgt dezelfde indeling als hierboven maar hebben kleinere bloemen, meestal niet groter dan 50 mm in doorsnee.

NARCIS KLEUREN EN VORMEN

Zonnig geel en stralend wit zijn de basiskleuren van de bloemen, maar er zijn veel kleurschakeringen en zelfs meerkleurige narcissen. De hoofdkroon bestaat uit 2 cirkels van 3 bloemblaadjes en een kroon. Kenmerkend voor alle narcissen zijn de duidelijke kronen, die trompet- tot schotelvormig zijn. De bloem hangt iets en de bladeren zijn smal lijnvormig, opstaand blauwgroen. De knop wordt beschermd door een transparante schaal die droogt en openscheurt bij het openen van de bloem en dan onder bloem blijft zitten.

NARCIS SYMBOLIEK

De narcis staat voor westerlingen symbool voor egoïsme, zelfverheerlijking, zelfliefde, zelfzucht en ijdelheid, maar ook als symbool voor een nieuw begin, omdat de narcis een nieuw seizoen aankondigt. In het Oosten wordt de narcis als een symbool voor treurige liefde gezien en de Arabische betekenis van narcis is dienaar. De narcis kent een dramatische legende. Het verhaal vertelt dat narcis is afgeleid van Narkissos, een beeldschone jongeling uit de Griekse mythologie. Narkissos ging zo op in het jagen dat hij de nimf Echo, die een oogje op hem had, niet zag staan. Dat liet Echo niet op zich zitten. Ze zorgde ervoor dat Narkissos, toen hij wilde drinken bij een beek, zo verliefd werd op zichzelf dat hij dagenlang naar zijn spiegelbeeld in het water staarde. Uiteindelijk viel hij uitgeput in het water en verdronk. Op die plek ontlook een bloem die Narkissos in schoonheid evenaarde: de narcis. Narcis jonquilla wordt door de Turken gezien als zinnebeeld van verlangen, ik verlang een blik van genegenheid.  Narcissus pseudonarcissus staat symbool voor ridderlijkheid en de dubbele narcis voor vrouwelijke ambitie.

Narcis bollen

NARCISSEN  KOPEN

Koop in het najaar stevige, gezonde, grote bloembollen die gelijkmatig van vorm zijn. Koop nooit bloembollen die zacht of doorweekt zijn, blauwe of groene schimmel hebben, er bedorven uitzien of uitgedroogd zijn. Deze bollen zijn waarschijnlijk ondeskundig of te lang bewaard. Let ook op de uitlopers, een klein, groen puntje is geen bezwaar. Koop ook geen beschadigde bloembollen want deze zijn gevoelig voor schimmels. Grote bloembollen geven stevige lange stengels en grotere en/of meer bloemen. In het vroege voorjaar zijn er al potjes met narcissen te koop voor in huis. Daarmee haal je de lente al vroeg in huis. Het zijn speciaal geprepareerde bollen. Ze hebben in een koude cel gestaan waardoor ze denken dat het winter is geweest. Ze bloeien ongeveer 2 weken. Geef ze regelmatig water, maar niet op de bol. Plant ze in de tuin zodra ze is uitgebloeid. Je kunt dan in het nieuwe jaar van haar genieten in de tuin. Meer kooptips.

narcissen in glaasjes

NARCISSEN PLANTEN

Plant de bollen in september tot de kerst voor de eerste nachtvorst in voedselrijke, doorlatende vochtige grond op een plek in de zon tot halfschaduw. In te natte grond kunnen de bollen gaan rotten. Plant ze niet te ondiep want dan kan het zijn dat ze geen of kleinere bloemen geeft en in een droge tuin wat dieper (15-20 cm). Na het planten watergeven zodat ze goed kunnen wortelen voor de winter. Plant de bollen niet direct onder een boom met een ondiep wortelstelsel.  Die zou aan de bloemen te veel water en voedingsstoffen kunnen onttrekken. Ook in kuipen en potten gedijen vrijwel alle narcissen goed. De potten mogen buiten blijven, maar hebben bescherming tegen vorst nodig. Een oranje of roze narcis plant je beter in de schaduw want ze is gevoelig voor zonnebrand. Ze kan zelfs in glas bloeien: spoel de kluit schoon en zet in een glas met een laagje water. Meer planttips

NARCIS VERZORGING

Laat de aarde niet uitdrogen, maar geef geen water meer tot 3 weken na de bloei. Na de bloei wordt de bloem voor het volgende jaar aangemaakt. Geef vroeg in het voorjaar of vlak na de bloei langzaam werkende mest. Verwijder in het voorjaar de uitgebloeide bloemen. Snij de bloemstengels kort boven de grond af, maar laat de bladeren staan. Als ze in het gras staat, maai dan niet tot de hele plant is verdord. Dan bloeit de narcis het jaar erop weer. Soorten die niet verwilderen na verdorring uit de grond halen, goed wassen, zeker een week laten drogen en in een uienzak of panty op een koele plek met voldoende luchtcirculatie ophangen. Meer verzorgingstips.

NARCIS VERWILDERING/VERMEERDEREN

Ze verwildert via neven of broedbollen, maar ook via zaad, dat door mieren verspreid wordt. Planten uit zaad zijn niet soortecht. Om verwilderen te voorkomen moet het zaad tijdig worden verwijderd. Het aanmaken van zaad kost energie waardoor de bloem het jaar erop minder bloeit. Vermeerderen is ook mogelijk via parteren. De bol wordt van neus tot bolbodem in meerdere parten gesneden en direct weer geplant. De zijknoppen tussen de rokken van de bol lopen uit. Te groot of te dicht geworden pollen opgraven in juni/juli als het loof is afgestorven of direct na de bloei, delen en de broedbollen eraf halen. Plant de broedbollen direct uit of bewaar ze tot het najaar op een koele plaats. Goede verwilderingssoorten zijn: Lee Follies, Tête-à-Tête, Flower Record, Delibes, Unsurpassable, Barret Browning, Scarlet Gem, Geranium, Cheerfulness, Peeping Tom, Mount Hood, Spellbinder, Carlton en Viking. Meer verwilderingstips.

NARCIS MEDISCH

Al in de oudheid werden delen van de narcis gebruikt voor allerlei medische doeleinden. Tegenwoordig wordt de stof galanthamine die in de narcis aanwezig is, gebruikt voor het maken van een medicijn om de ziekte van Alzheimer af te remmen. Het werkt beter dan de gangbare medicijnen. Veredelaars werken daarom aan het verhogen van het gehalte galanthamine in de bol zodat het gebruik rendabeler wordt. Narcis bevat ook het giftige alkaloïde lycorine in de bol en het blad en calcium oxalaat in het blad. Deze stoffen kunnen eczeem veroorzaken bij aanraking als men daarvoor gevoelig is.
Allesoverbloembollen kan geen enkele verantwoordelijkheid nemen voor eventuele nadelige effecten van het gebruik van planten. Vraag altijd advies aan een professional voordat u een plant medicinaal gebruikt.

GEBRUIK NARCIS

Op landgoederen in het Verenigd Koninkrijk werd ze aangeplant in boomgaarden en moestuinen om insecten uit het fruit te weren. In de oudheid werd ze als doodsbloem gebruikt. Gelovige Grieken bekranste het hoofd van gestorven familieleden met deze bloem. Narcissus poeticus en Narcissus jonguilla worden gebruikt in parfums zoals Eau de Narcisse Blue van Hermès, Coco Noir van Chanel, Samsara van Guerlain, Jonquille de Nuis van Tom Ford en Poême van Lancome.

NARCIS OP DE CATWALK IN HET TUINPALET

Ze combineert mooi met andere bloembollen zoals Allium, Muscari, Leucojum, tulp, Anemoon, Camassia, maar ook met Helleborus, Pulmonaria, Tiarella cordifolia, Bergenia, Geranium, Brunnera, Longkruid, Maagdenpalm, sleutelbloem en Ajuga reptans.

NARCIS BLOEMSIERKUNST

Voor het gebruik als snijbloemen snijd je narcissen 's morgens. Ze zijn dan langer houdbaar. Narcissen blijven langer vers als ze net voor de bloei worden gesneden en in vochtige doeken worden gerold. Wilt u narcissen voor de vaas snijden, laat dan de bladeren staan. Combineer narcissen in de vaas niet met andere bloemen. Deze verdragen het slijm dat narcissen afscheiden niet, tenzij je bloemenvoeding aan het water toevoegt. Alle delen van narcissen bevatten giftige stoffen.

  • Gebruik altijd schone vazen. Doe hierin koud leidingwater, dat wordt vermengd met de juiste dosering snijbloemenvoeding voor een langere houdbaarheid.
  • Vuil water met daarin veel bacteriën is slecht voor alle bloemen. Het is dan ook aan te raden de bloemen om de drie of vier dagen schoon water te geven met snijbloemenvoeding. Een klein beetje bleekwater in het water helpt bacteriegroei te beheersen en het water helder te houden.
  • Twee eetlepels suiker, 1 theelepel baking soda, appelazijn of een cent in de vaas houden de bloemen langer vers.
  • Snij ca. 2 cm van de steel schuin af, vlak voordat je de bloemen in de vaas plaatst. Doe dit met een scherp mes. Verwijder altijd overtollig blad.
  • Zet ze op een koele plek. In een warme kamer of in de zon bloeien ze sneller uit.
  • Zet ze niet in de buurt van de fruitschaal. Fruit geeft van nature ethyleengas af waardoor de bloemen sneller verouderen.

NARCIS ALS MODEL VOOR DE DICHTER

De narcis inspireerde omstreeks 1805 William Wordsworth, de grote Engelse dichter tot het gedicht Daffodils dat nog steeds het meest geciteerde gedicht van de Engelse literatuur is. Of dit gedicht ertoe heeft geleid dat er "dichternarcissen" bestaan, is niet zeker ... Ook Vondel verwees naar de narcis in zijn Bespiegelingen van Godts wercken: 'Narcis, die bronnen mint, verdroogt en vaagt de wonden'.

'Daffodils' and 'Wordsworth'

I wandered lonely as a Cloud That floats on high o'er Vales and Hills, When all at once I saw a crowd A host of dancing Daffodils; Along the Lake, beneath the trees, Ten thousand dancing in the breeze.
The waves beside them danced, but they Outdid the sparkling waves in glee: -- A poet could not but be gay In such a laughing company: I gazed -- and gazed -- but little thought What wealth the show to me had brought:
For oft when on my couch I lie In vacant or in pensive mood,  They flash upon that inward eye Which is the bliss of solitude,  And then my heart with pleasure fills,  And dances with the Daffodils.

Een van de belangrijkste dichters van Japan, Issa, heeft meerdere Haiku over de narcis geschreven, bijvoorbeeld:

窪村は小便小屋も水仙ぞ
kubo mura wa shôben goya mo suisen zo
Een laag gelegen dorp.
in het bijgebouw ook
narcissen

CULTIVARS NARCIS

De narcissen die hier worden genoemd zijn gecultiveerde narcissen. Ze stammen af van de wilde narcissen en zijn te koop in Nederland.

Narcissus 'Standard Value'

Trompet narcis

Bloeiperiode: maart – mei  
Bloeihoogte: 35-50 cm
Plantdiepte: 12,5 - 20 cm
Plantafstand; 7,5 cm

 

De Trompetnarcis dankt zijn naam aan de markante vorm van de kronen (trompetten). Deze zijn even lang of zelfs langer dan de omringende bloembladeren. Ze dragen slechts een bloem per stengel, sommige geuren licht. De meest voorkomende kleur is zonnegeel, maar er zijn ook witbloeiende en tweekleurige rassen met witte, oranje of roze bloembladeren. Bij de tweekleurig bloeiende rassen hebben de kroon en de kroon verschillende kleuren. Trompetnarcissen zijn ideaal voor verwildering. De bladeren moeten helemaal geel en verwelkt zijn, voor je ze mag afsnijden of maaien. Enkele variëteiten: 'Golden Harvest' geel, 'Magnet' witte bloemblaadjes met gele trompet, 'Mount Hood' witte bloemblaadjes en een lichtgele trompet die verkleurt naar wit.

Narcissus 'Ice Follies'

Grootkronige narcis  

Bloeiperiode: april – mei  
Bloeihoogte: 50 cm
Plantdiepte: 10 cm
Plantafstand: 7,5 cm 

 

Grootkronige narcissen hebben ver geopende kronen, die meer dan een derde van de lengte van de buitenste kroonbladeren bereiken. De kronen zijn echter nooit langer dan de buitenste kroonbladeren. Er zijn wit bloeiende rassen, maar ook gele rassen, tweekleurige rassen met een krans in wit, geel, oranje of rood. Ze geuren heerlijk. Bollen met twee punten worden dubbele neuzen genoemd en brengen meestal ook twee bloemen voort. Roze bloeiende rassen houden van half beschaduwde plaatsen, beschermd tegen de middagzon. 'Carlton' zachtgeel, 'Fortune' goudgele bloemblaadjes met een helder oranje trompet, 'lee Follies' roomwit met geel en 'Flower Record' wit met oranje kroon. 'Mrs. Backhouse' heeft witte bloemblaadjes met een cup in zachtroze.

Narcissus Sabine Hay

Kleinkronige narcis  

Bloeiperiode: maart – mei
Bloeihoogte: 25-50 cm   
Plantafstand: 5-7,5 cm      

 

Kenmerkend voor kleinkronige narcissen is de korte cup of kroon, die maximaal 1/3 bedraagt van de lengte van de buitenste bloembladeren. De kroon en de bloembladeren kunnen contrasterende kleuren hebben. Kleinkronige narcissen zijn langlevende bolgewassen die geen problemen geven en waaraan je lange tijd plezier kunt beleven. 'Barret Browning' wit met oranje kroon, 'Polar lee' wit.

Narcissus 'Pink Paradise'

Dubbele narcis   

Bloeiperiode: maart - april  
Bloeihoogte: 30 - 40 cm 
Plantafstand: 5 - 7,5 cm  

De bloemen van de Dubbele Narcissen hebben meerdere lagen en zijn nooit hetzelfde. Deze unieke bloemen zijn prachtig wanneer ze in bloei staan en hebben dan of een hele volle bloemkop of een bloemkop met kortere, kleinere blaadjes in contrasterende kleuren. Dubbele narcissen hebben vaak één bloem op een stengel, maar soms ook meerdere. Periodes met veel wind of regen kunnen de bloem laten breken, plant deze narcissen daarom op beschutte locaties. Variëteit 'Dick Wilden' is zachtgeel en 'Von Sion' goudgeel (is al bekend sinds 1620). ‘Abba’ en ‘Lee King’ zijn meerjarig. 

Narcis Triandrus   

Bloeiperiode: maart – april  
Bloeihoogte: 25-30 cm  
Plantafstand: 5 cm  

 

Deze hybride narcissen stammen af van de wilde Narcis triandus die in het wild groeit in Spanje en Portugal. Ze zijn meerbloemig met 2 tot 6 bloemen op een stengel. Ze is beschreven in 1629. Deze kleine narcissen bloeien later dan de grotere soorten in halfschaduw en moet tegen vorst beschermd worden. 'Thalia' bloeit wit, 'Hawera' citroengeel en 'Albus' bloeit wit en wordt ook wel engelentranen genoemd.

Narcissus 'Larkwhistle'

Narcis Cyclamineus

Bloeiperiode: maart - mei  
Bloeihoogte: 25-30 cm  
Plantafstand: 5 cm/diepte: 10 cm  

 

Dit zijn de kleinere soorten die afstammen van de wilde Narcis cyclamineus. Ze lijken een beetje op Cyclamen door de lichtelijk terug geslagen  bloemblaadjes. Ze geeft één bloem per stengel. Narcissen Cyclamineus Tête à Tête is één van de meest gebruikte narcissen voor potten, bloemstukjes en borders. De elegante bloemen staan met hun kleine trompetjes dicht naast elkaar op sterke steeltjes. Ze bloeien lang en komen gemakkelijk het volgend jaar terug. 'February Gold' heldergeel met goudoranje trompet, 'Peeping Tom' goudgeel.

Narcissus 'Sailboat'

Narcis Jonquilla  

Bloeiperiode: april – juni
Bloeihoogte: 25-35 cm  
Plantafstand: 5-7,5 cm   

 

Deze narcissen die afstammen van de wilde narcis jonquilla, bloeien vrij laat en zijn enigszins vorstgevoelig. In streken met een ruw klimaat hebben ze een goed beschutte standplaats nodig. De zuivere soort heeft twee tot zes diep gele, intens geurende, sierlijke bloemen per slanke, ronde stengel. Iedere bloem bestaat uit een krans van breed ovale bloembladeren en een kleine, schotelvormige kroon. De bladeren zijn grasachtig en smal. Ze is beschreven in 1596 en komt oorspronkelijk uit Spanje. Bij de Turken wordt ze gezien als het zinnebeeld van verlangen, symbool van 'Ik verlang een blik van genegenheid'. 'Van Henriquesii' heldergeel, 'Baby Moon' maangeel en 'Suzy' zachtgeel met oranje.

Narcissus 'Cragford'

Narcis Tazetta

Bloeiperiode: maart – april
Bloeihoogte: 15-35 cm
Plantafstand: 5 cm   

 

De rassen van de Tazetta Groep zijn ontstaan uit kruisingen van de uit het Middellandse Zeegebied afkomstige, vorstgevoelige wilde soort Narcissus tazetta met de sterke wilde Narcissus poeticus. Ze hebben geurende, dichte trossen van vier tot tien bloemen per stengel. Deze narcissen zijn vorstgevoelig en hebben 's winters in de volle grond bescherming nodig. Ze is beschreven in 1759. Bijzonder populair is de 'Paper White', een ras dat tot 15 sterk geurende, stervormige witte bloemen per stengel kan krijgen. De planten zijn niet winterhard en worden in ons klimaat voornamelijk voor de vervroegde bloei rond Kerstmis als kamerplanten aangeboden. Koop zo groot mogelijke bollen. Deze kunnen vier tot tien bloemen per stengel krijgen, soms zelfs meer. 'Cragford' wit met rood/oranje trompet, 'Minnow' roomkleurig met gele trompet.

Narcissus 'Actaea'

Narcis Poeticus    

Bloeiperiode: april – mei
Bloeihoogte: 30-40 cm  
Plantafstand: 7,5 cm  

.

Deze hybride narcissen worden ook wel Dichter narcissen of witte narcissen genoemd. In het wild zijn ze wijd verbreid in de landen rond de Middellandse Zee. Typerend voor de zuivere soort zijn de zuiver witte bloemblaadjes en de zeer kleine kronen, die vaak een groenachtig oog hebben met een oranjerode rand. Een veel voorkomende variëteit is Narcissus poeticus var. recurvus. (is syn. van Narcissus poeticus subsp. poeticus). Wordt ook wel fazantenoogje genoemd. De lang houdbare bloemen verspreiden een intense, aromatische geur die aantrekkelijk is voor bijen. De bloembladeren zijn teruggeslagen en de zeer ondiepe, groenachtig gele kronen hebben een karmijnrode rand. Daarnaast bestaan er ook enkele rassen die uit kruisingen met de wilde soort zijn ontstaan. 'Actaea' bloeit in wit met geel kroontje met een rood randje. In Engeland is ze in 1570 ingevoerd. De Chinezen gebruikten deze narcis bij religieuze ceremonies bij de komst van het nieuwe jaar.

Narcissus 'Golden Bells'

Narcis bulbocodium  

Bloeiperiode: feb. – maart  
Bloeihoogte: 15 cm  
Plantafstand: 5 cm  

 

Narcissus bulbocodium of Hoepelroknarcis heeft een opvallende schuin naar boven wijzende smalle trompet en bloeit vroeg in het voorjaar. Ze is inheems in Algerije, Marokko, Spanje en Portugal. Omdat het in Noord­-Europa net iets te koud is, verwildert ze niet zo goed als gezegd wordt. Een veredelaar heeft echter de wilde bulbocodium narcis gekruist met een rijk bloeiende jonquilla narcis. Het resultaat is een turbo bulbocodium; grote bloemen met een mooie kleur. 'Julia Jane' bloeit zachtgeel, 'Golden Bells'geel.

Narcissus 'Cassata'

Spleetkronige narcis  

Bloeiperiode: april – mei    
Bloeihoogte: 40-50 cm 
Plantafstand: 7,5 cm 

 

Deze narcis wordt onderverdeeld in 2 groepen: de kraag narcis ('Cassata') en de vlinder narcis ('Marie Jose'). Kenmerkend voor de split kroon narcis, ook wel spleetkronige narcis genoemd, zijn de diep gespleten, halskraagachtig gerimpelde kronen. Het aantal spleten varieert per kroon. Rassen in roze of abrikooskleurige tinten houden van een plaats in de halfschaduw. In de volle zon verbleken ze al snel.

Wilde/specie narcissen

Soorten met een * zijn te koop in Nederland.

Narcissus lubolaris
Narcis canaliculatus
Narcissus broussonetii Picture Angelo Porcelli
Narcissus cavanillesii Picture John Lonsdale, Edgewood Gardens
Narcissus viridiflorus Picture John Lonsdale, Edgewood Gardens

Narcissus broussonetii: bloeit in de herfst, heeft tot 10 witte bloemen. De kroon is nauwelijks aanwezig. Ze komt alleen in Marokko in het wild voor. 

Narcis bulbocodium*: bloeit in feb – maart en is inheems in Algerije, Marokko, Spanje en Portugal. 

Narcissus cantabricus: heeft witgroene bloemen en komt uit Zuid-Spanje, de Balearen, Algeria en Marokko. Ze lijkt op een hoepelrokje en bloeit vaak al in januari-februari.    

Narcissus cavanillesii: is een zeldzaam soort dat geel bloeit in de herfst. Ze lijkt veel op de Sternbergia. Ze komt voor in Zuid-Spanje, Algerije en Marokko. 

Narcis cyclamineus*: bloeit in maart – mei met teruggeslagen bloemblaadjes.

Narcissus elegans: bloeit in de herfst en voorjaar met wel 7 kleine bloemetjes in een bloemscherm. De bloemblaadjes zijn wit of groenachtig, de kroon groen, bruinachtig of oranje. Oorspronkelijk komt ze uit Italië en Noord-Afrika.   

Narcis jonquilla*: oorspronkelijk komt ze uit Spanje, bloeit van april – juni.   

Narcissus minor*: klassieke narcis met kleine lichtgele bloemen en donkerder kroon. Variëteit 'Cedric Morris' bloeit in California rond de Kerst. 

Narcissus odorus: is een natuurlijke kruising tussen N. pseudonarcissus en N. jonquilla. Ze is steriel, hoewel waarschijnlijk toch zaailingen kunnen ontstaan als één van beide natuurlijke ouders in de nabijheid groeit. Geurt heerlijk en is erg mooi voor in een rotstuin. Tolereert extreem droge zomers.

Narcissus papyraceus: wordt ook wel 'paperwhite' genoemd. Ze geurt sterk en heeft veel witte bloemen in een scherm. In het wild groeit ze van Zuid-Portugal naar het Oosten tot Joegoslavië, Griekenland, Marokko en Cyprus. De naam komt van 'papyrus' waarvan de oude Egyptenaren papier maakten. Sir Flinders Petrie, een Britse archeoloog, vond een bloemenkrans van deze narcis in een Egyptische grafkelder die na 4000 nog in goede staat verkeerde. 

Narcis poeticus*: bloeit april – mei, komt oorspronkelijk uit de landen rondom de Middellandse Zee. Heeft zuiver witte bloemblaadjes en zeer kleine kronen, die vaak een groenachtig oog hebben met een oranjerode rand. Wordt ook wel fazantenoogje genoemd.

Narcissus pseudonarcissus*: klassieke narcis met grote wit/gele bloemen, corona klein. Komt oorspronkelijk uit Spanje, Frankrijk en Italië. Een zeer variabele soort zowel in grootte als in kleur (wit tot geel of tweekleurig). Kijk in de verspreidingsatlas waar ze in Nederland in het wild voorkomt.   

Narcissus serotinus: bloeit geurend in de herfst in wit aan de kusten van de Middellandse Zee.  

Narcis tazetta*: is een dwerg narcis. Elke stengel kan 6 lekker ruikende bloemen hebben. De bladeren zijn vaak een beetje groter dan de bloemstengel.

Narcis triandrus: komt oorspronkelijk uit Spanje en Portugal en is meerbloemig. Ze verdraagt meer schaduw dan de andere soorten.

Narcissus viridiflorus: bloeit in de herfst en heeft sterk geurende groene bloemen, wel 5 in een scherm. Komt uit Spanje en Marokko.    

Meer wilde soorten: N. abilioi, N. albicans, N. albimarginatus, N. alejandrei, N. alentejanus, N. alleniae, N. aloysii-villarii, N. assoanus*, N. atlanticus, N. backhousei, N. bakeri, N. bicolor, N. boutignyanus, N. brevitubulosus, N. buxtonii, N. cadevallii, N. caramulensis, N. cardonae, N. carringtonii, N. cazorlanus, N. chevassutii, N. cofinyalensis, N. compressus, N. consolationis, N. corcyrensis, N. cuatrecasasii, N. cuneiflorus, N. cyclazetta, N. dezanus, N. dichromus, N. dubius*, N. fenzii, N. flavus*, N. fosteri, N. gaditanus, N. gallaecicus, N. georgemawii, N. gigas, N. gredensis, N. hannibalis, N. hedraeanthus, N. hervasii, N. hesperidis, N. incomparabilis, N. jacquemoudii, N. jeanmonodii, N. koshinomurae, N. libarensis, N. litigiosus, N. maginae, N. magnenii, N. margaritae, N. maroccanus, N. matiasii, N. medioluteus, N. monochromus, N. moschatus*, N. neocarpetanus, N. nutans, N. obsoletus, N. oiarbidei, N. olivensis, N. pachybolbus, N. palentinus, N. perangustus, N. perezlarae, N. petri-mariae, N. poculiformis, N. ponsii-sorollae, N. pugsleyi, N. pujolii, N. pyrenaicus, N. rafaelii, N. rogendorfii, N. romieuxii*, N. romoi, N. rupicola*, N. rupidulus, N. scaberulus, N. serotinus, N. somedanus, N. souliei, N. spofforthiae, N. supramontanus, N. tenuior*, N. trilobus, N. tuckeri, N. urrutiae, N. victoriae, N. weickertii, N. xanthochlorus en N. xaverii.

Narcissus flavus
Narcissus pseudonarcissus
Narcissus elegans, Picture John Lonsdale, Edgewood Gardens
Narcissus minor 'Cedric Morris' Picture John Lonsdale, Edgewood Gardens
Narcissus papyraceus Picture Angelo Porcelli
narcissus serotinus Picture Fiona Dunbar